Herstelproces

Bloot

Ik wil helemaal niet schrijven. Er zijn dagen, weken of hele perioden dat ik niet wil schrijven. Niet de confrontatie aan wil gaan met de woorden die uit mijn vingers tevoorschijn komen. Want die woorden zijn meestal de waarheid, juist op de momenten dat ik niet wil schrijven. Op het moment dat ik het teruglees bestaan ze. Schrijven kan bevrijdend zijn, een opluchting, het letterlijk van je af schrijven. Maar schrijven is ook zo eng eerlijk. Alsof je feedback krijgt van een andere IK. Toch schrijf ik nog altijd liever dan dat ik bel. Als ik bel heb ik niet alleen te maken met mezelf, maar ook nog met een Ander.

Ik heb een vreselijke hekel aan bellen. Het maakt niet uit wie ik moet bellen. Het idee alleen al dat die ander van alles denkt en zegt, waar ik geen invloed op heb. Geen controle, alleen mijn improvisatievermogen. En de ander weet altijd wat hij of zij moet zeggen.

Vrijdagmiddag, ik heb al een aantal dagen uitgesteld te bellen. Nu moet het echt. De Dame van het Martini ziekenhuis zegt onverwacht dat ik al een brief moet hebben. Dáár staat alles in. Hoe laat en wanneer en wat ik vooral niet mag vergeten. Hoezo, daar staat alles al in? Daar bel ik nu net voor. En hoe zit het met wat ik wil, wat uitkomt voor mij? Ik voel een lichte paniek opkomen. Mijn handen zweten, mijn stem klinkt ver weg. Alsof die zich verstopt in mijn tenen.

“ Donderdag, twintig over twee, mevrouw.”

“Oké. U zegt twintig over twee. Wat nou als ik niet kan?”

“Dat is eigenlijk geen optie, wij hebben ook beperkt ruimte.”

Dat is eigenlijk geen optie? Ik wil haar wel door het raam gooien. Niet mijn telefoon, maar die mevrouw. Ik had niet moeten bellen. Ik kan dit niet, à l’improviste mijn grenzen aangeven. Dan komt het moeilijkste. Mijn gedachten dwalen af en ik ga bedenken wat ze wel niet van mij moet denken. Ze moet me niet, ze vindt me heel vreemd en straks, tijdens de koffiepauze, zit ze in haar witte Verpleegsterstenue met daaronder witte Crocs over mij te praten. Omdat ze niks beters te doen heeft, omdat het lachwekkend is, omdat, omdat en omdat. Dan besluit ik de truc te gebruiken die ik ergens ooit heb opgepikt. Ik denk haar Bloot. Spiernaakt.

En het helpt.

“Mevrouw, ik kan echt niet op die dag, om die tijd. Het spijt me. Laten we een andere afspraak maken.”

Hanneke