Als ik Wilma Boevink goed begrijp…
Gisteren hoorde ik Wilma Boevink in haar promotie, die uiteraard goed is gegaan (dus gefeliciteerd Wilma), drie dingen zeggen die mij zijn bijgebleven:
- Herstel is het op eigen kracht in beweging komen;
- De naasten (inclusief de hulpverleners) moeten naast of achter de cliënt lopen, dus niet de leiding hebben;
- Als cliënt moet je de moed hebben om nieuwsgierig te zijn.
Deze uitspraken bleven een beetje doelloos in mijn hoofd ronddwalen, ze konden nog niet landen. Wilma had het verderop in haar betoog ook over de aspecten van herstel. Daar kwam de vraag voorbij of wij als ervaringsdeskundigen ons niet te veel lieten leiden door deze kadering. Want eigenlijk is onze core business het persoonlijk herstel, toch? Kijk, daar kon mijn hoofd wat mee.
Want volgens mij is de basis van de inzet van ons als ervaringsdeskundigen het ondersteunen van mensen om op eigen kracht in beweging te komen. Het geven van hoop, het tonen van daadwerkelijk begrip en het geven van herkenning zijn de belangrijkste onderdelen van ons vak. En dat heeft alles te maken met persoonlijk herstel. Dus daar “bemoeien” wij ons dan ook mee. Maar houdt dat in dat wij ons niet zouden moeten bemoeien met de overige aspecten (maatschappelijk herstel, functioneel herstel en herstel van gezondheid). Dat gaat niet volgens mij. Alle aspecten hebben met elkaar te maken en een verandering in het ene aspect zorgt voor verandering in een ander aspect. Als we uitgaan van het feit dat wij, als ervaringsdeskundigen, de mensen ondersteunen om een voor hun geschikte weg in het leven te vinden (vervulling en balans) dan horen daar ook de andere aspecten bij. In mijn ogen moeten wij ons dus niet laten leiden door het afgekaderde gebied van persoonlijk herstel, wij moeten ons niet in een hokje (laten) zetten. Cliënten zijn van nature creatief, vindingrijk en compleet. Een van de uitgangspunten van co-actief coachen die ik als ervaringsdeskundige omarm. Dit uitgangspunt geldt niet alleen voor cliënten, maar voor iedereen, dus ook voor ons ervaringsdeskundigen. Dus laten we vooral creatief en vindingrijk zijn in wat wij doen. Laten we vooral, samen en naast de cliënt staand, buiten de hokjes denken en doen en ons niet laten afbakenen door een hokjesmentaliteit.
Ik werd door een, door mij zeer gewaardeerde, collega gebeld. Zij wilde graag weten hoe het met mij ging. In ons gesprek zei ze op een bepaald moment “Koos, ik heb het idee dat jij de mensen om je heen regisseert”. Ik heb om verduidelijking gevraagd want ik kon het even niet plaatsen. Zij bedoelde dat ik op momenten dat het niet goed gaat de situatie ga regisseren, ik bepaal wat ik nodig heb en zet de daarvoor benodigde poppetjes in. En dat klopt. Ik regisseer dat. Ik weet wat ik nodig heb en zorg dat ik dat krijg. En daar waren de drie uitspraken van Wilma, ze waren geland. Op het moment dat ik het moeilijk heb kom ik op eigen kracht in beweging, ik roep de hulp in die ik nodig heb. Ik houd hierin de regie, dus ik laat de mensen naast of achter mij lopen. En ik ga analyseren, zelfreflectie. En dat houdt in dat ik nieuwsgierig ben, naar wat er is gebeurd en wat het met mij doet. En natuurlijk wat ik kan doen om het in de toekomst te voorkomen of makkelijker te maken. Dus als ik Wilma goed heb begrepen dan is dat is herstel!